eindresultaat. Architecten willen geen verrassingen: dat is hoe we worden opgeleid en wat de opdrachtgever verwacht. Ik denk dat als er voldoende voorbeelden zijn van projecten die laten zien dat deze werkwijze een mooi eindresultaat oplevert, de durf om los te laten resultaat oplevert. Omdat het een nog nieuw thema is, zijn er alleen nog te weinig voorbeelden.’ Vollaard ‘Als je mensen iets wilt laten zien, moet je in de ontwerppresentatie niet steeds kiezen voor natuur die volwassen is, terwijl het in de realiteit vaak begint met sprietjes en kale grond.. En je moet eerlijk zijn dat het kan afwijken van wat in de presentatietekeningen ‘beloofd’ is.’ In het begin van dit interview werden enkele voorbeelden van natuurinclusief bouwen genoemd. Wat is jullie favoriete project? Vollaard ‘Mijn grote voorbeeldideaal is Louis le Roy, in de jaren zeventig propagandist van het ‘wilde tuinieren’. Bijvoorbeeld de Ecokathedraal (in het Friese Mildam, red.). Le Roy zei: als we op deze manier steden kunnen maken, waarbij zowel natuur als cultuur geïntegreerd zijn, dan zijn we een hele stap verder. Le Roy had maar 1 procent van het stadsoppervlakte nodig om natuur te integreren: ‘Als ik dat heb, dan verspreidt het zich van daaruit vanzelf’.’ Vink ‘Patiowoningen in Het Funen in Amsterdam (architect Geurts & Schulze, red.), dit woongebouw is aan de buitenzijde geheel voorzien van een draden constructie voor klimplanten en is in de loop van de tijd compleet begroeid geraakt. Compleet met vogels en insecten. Het resultaat vind ik erg geslaagd.’ De Zwarte ‘Natuurinclusieve wijken, zoals EVA-Lanxmeer in Culemborg (met veel groene gebieden en waar bewoners het onderhoud doen, red.). Dit is een project dat al relatief ver is. En Eden Bio in Parijs. In tegenstelling tot Het Funen was deze architect (De Zwarte heeft het over Édouard François, red.) al heel lang bezig met natuur onderdeel maken van de stad. Hier is bij sociale huurwoningen groen aangeplant wat zichzelf heeft uitgebreid en inmiddels een echte oase vormt.’ Is er iets wat jullie architecten of beleidsmedewerkers willen meegeven? Vink ‘Stedenbouwkundigen moeten meer wennen aan het idee dat de stad ook letterlijk groeit en evolueert.’ Vollaard ‘Wat ze nog niet tussen de oren hebben is het idee dat landschap en steden, natuur en cultuur, rood en groen vooral in de steden verstrengeld zijn. En: stop met monocultuur.’ De Zwarte ‘Klopt. Biodiversiteit hangt samen met diversiteit. Ik zou zeggen: maak het in elk project in het begin zo ingewikkeld mogelijk. Gooi zoveel mogelijk disciplines bij elkaar, met mensen waarvan je van tevoren nog geeneens weet wat ze bijdragen. Verzamel zo veel mogelijk en ga vervolgens scheiden en schaven.’ Vollaard: ‘Dat is immers ook het algemeen principe van weerbaarheid. Als je complexiteit, diversiteit en redundantie – overmaat – in het systeem hebt zitten, dan is dit veerkrachtig en weerbaar. Dat geldt ook voor de natuur.’ Bij natuurinclusief bouwen moet je je ontwerp als het ware loslaten. Je hebt geen zicht op het eindresultaat’ De Zwarte ‘Waar ik het meest bang voor ben is dat stedenbouwers niet van de parken af blijven en in groene randen gaan bouwen. Dan krijgen we onleefbare steden. Elk randje waarvan je denkt ‘dit is niet optimaal voor een park’, moet je juist optimaliseren voor groen, niet gebruiken voor andere dingen.’ Vink ‘De jonge generatie vindt natuurinclusief gelukkig heel leuk. En als je ontwerpers vraagt natuur te integreren in het gebouw, ben ik ervan overtuigd dat het gros dat fantastisch vindt.’ Vollaard: ‘Ik denk dat dit ook geldt voor gemeenteambtenaren.’ De Zwarte ‘Een van de motivaties voor het boek was ook dat ik de negatieve krantenkoppen beu was, de zoveelste ‘vogel legt bouwproject stil’. Laten we goede voorbeelden verzamelen en dáárover praten. En aan de huidige generatie studenten zou ik ook zeggen: gebruik je ov-kaart. Reis naar en leer van leuke, inspirerende projecten en vul je met goede dingen waar je blij van wordt. Laten we dat vervolgens inzetten, dan kunnen we een mooie stad maken!’ Jacques Vink, Piet Vollaard & Niels de Zwarte (2017) Stadsnatuur Maken / Making Urban Nature. NAI010 Uitgevers, Rotterdam. ISBN: 9789462083172. Niels de Zwarte is hoofd Bureau Stadsnatuur en adjunct-directeur bij Het Natuurhistorisch Museum Rotterdam. Piet Vollaard is architect, architectuurcriticus en is een van de drijvende krachten achter Stad in de Maak, dat kijkt naar alternatieve invullingen voor (leegstaand) vastgoed. Jacques Vink is architect en oprichter van Ruimtelab en Studio Natuurinclusief. Allen zijn betrokken bij De Natuurlijke Stad. Meer informatie over Stadsnatuur maken/Making Urban Nature is te vinden op www.naturalcity.nl en www.natuurlijkestad.nl. vakblad OVER DE OPENBARE RUIMTE • JAARGANG 18 33 Pagina 32

Pagina 34

Interactieve online brochure, deze gids of krant is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het van papier naar online converteren van web folders.

Stedelijk Interieur 1 2020 Lees publicatie 419Home


You need flash player to view this online publication