INTERVIEW BOTTENBERG: ‘Wat ik prettig vind, is dat je onder leeftijdsgenoten kunt zeggen wat je van dingen vindt. Op mijn werk bijvoorbeeld zijn er soms dingen waar oudere, meer ervaren collega’s beslissingen over maken. Daar heb ik dan wel een mening over, maar in sommige situaties is het niet mijn plek om dat te delen. Soms mis ik ook wel het vrije denken in mijn werk. Het toekomstgericht ontwerpen, vanuit een droom of ideaal, en hier samen aan schetsen. Bij de kick-off zijn we hier ook het gesprek over aangegaan. Wat ambieer je, vanuit welke redenen ben met je met dit vak gestart? Hoe werkt dat door naar de praktijk, hoe kun je hier mee omgaan? Ook werd een interessante discussie gevoerd: zou je, als je de vraag krijgt een kerncentrale in te passen, dit wel of niet doen? De meningen waren erover verdeeld. Maar het is een heel wezenlijke vraag.’ Dus er is een verschil tussen de jonge generatie en de ‘oudere’ generatie? DE BOER: ‘Ik denk dat het vak landschapsarchitectuur erg veranderd is. Wij zijn opgeleid met het idee dat vraagstukken en de schaal heel anders worden. Alles wordt complexer en je hebt te maken met grote opgaven als klimaatverandering. De grenzen tussen landschapsarchitectuur en stedenbouw vervagen. Wij zijn daar meer in opgeleid. Vroeger lag de focus meer op het horticulturele, de tuinarchitectuur, denk ik.’ Wie zijn David, Cor en SasKia? Cor Simon deed een hoveniersopleiding aan het Wellantcollege in Houten, een studie aan Van Hall Larenstein en een master landschapsarchitectuur aan de Universiteit van Wageningen. Hij werkt 3 dagen in de week bij BoschSlabbers Landschapsarchitecten. Daarnaast is hij actief binnen de werkgroep Duurzame Stedelijke Ontwikkeling, een samenwerking tussen de NVTL en BNSP en bij Hemelse Natuur, waar hij samen met vier anderen vanuit een holistische visie werkt aan voedsel, natuur en biodiversiteit. Ook SasKia Bottenberg startte met een studie tot hovenier, gevolgd door een studie aan Van Hall Larenstein. Na een jaar reizen, ging ze bij gemeente Rotterdam als landschapsontwerper aan de slag, waar zij werkt aan ontwerpen van de buitenruimte. Eerder was zij student-lid van het bestuur van de NVTL, haar eerste kennismaking met de vakwereld. Na een eenjarige master in Stockholm zit David de Boer in de afrondende fase van zijn master Landschapsarchitectuur aan de Wageningen Universiteit. Eerder deed hij ook een master stedenbouw. David is actief in ELASA, de studentassociatie voor Europese landschapsarchitecten. COR: ‘We groeien op in andere omstandigheden en vinden dus ook andere dingen belangrijk. Zoals bovengenoemde klimaatverandering, energietransitie, circulair denken en participatie. Bij ouderen zie je meer een interesse in het ambacht, de geschiedenis en bijvoorbeeld het idee dat een bosje moet wijken voor een zichtlijn, terwijl ik zou zeggen dat de ecologie belangrijker is. We groeien ook wel op in een meer digitale wereld met meer mogelijkheden zoals virtual reality. Daarnaast lijken jongeren ook meer met idealen bezig te zijn – minder wat praktisch is. Natuurlijk hebben we beide meningen nodig, jong en oud.’ Is voor jullie rekening houden met opgaven als klimaatverandering een vanzelfsprekendheid? DE BOER: ‘Absoluut. Maar ik denk dat iets als klimaatverandering geen thema meer is. Het is het nieuwe normaal. Als je iets ontwerpt dat niet klimaatadaptief is of een duurzame oplossing in het landschap biedt, doe je dan wel aan landschapsarchitectuur?’ BOTTENBERG: ‘Je ziet het ook terug in het werkveld. De compacte stad is een populair onderwerp: Hoe ga je 20 STEDELIJK INTERIEUR Pagina 19

Pagina 21

Voor spaarprogramma, online catalogi en spaarprogramma zie het Online Touch content management beheersysteem systeem. Met de mogelijkheid voor een web winkel in uw weekbladen.

Stedelijk Interieur 2 2020 Lees publicatie 420Home


You need flash player to view this online publication