INTERVIEW • ONTWERP gezorgd dat Amsterdam centraal inkoopt via meerjarige raamovereenkomsten. Alleen op projectniveau worden soms nog, omdat het niet anders kan, losse aanbestedingen georganiseerd. De raamovereenkomsten maken dat er geen vaste leveranciers kunnen worden voorgeschreven. Dat maakt dat Amsterdam zelf allerlei inrichtingselementen ontwerpt en hier auteursrecht op aanvraagt. Zo heeft de gemeente haar eigen canapébanken ontwikkeld, gebaseerd op het oorspronkelijke model uit de jaren vijftig en is ook de afvalbak speciaal ontworpen. De raamovereenkomsten lopen circa 5 jaar waarbij elke keer weer hetzelfde ontwerp, waarvan het auteursrecht dus bij de gemeente ligt, wordt gevraagd. Bij het buurtpleintje met fontein is een gele dikformaat baksteen toegepast. Deze gele klinker maakt onderdeel uit van het speciale buurtpleinenpalet. Ook de fontein is een bijzonder element, waarin de ontwerper (bij buurtpleinen) vrije keuze heeft. punt van de commissie is echter dat de openbare ruimte continu is: de ‘vloer’ met zijn inrichtingselementen is overal herkenbaar, loopt door, daaraan staan de gebouwen. Het kan niet zo zijn dat de openbare ruimte teveel gaat meekleuren met de gebouwen. Dat is een wezenlijk uitgangspunt – maar wel een waar mensen nogal eens moeite mee hebben.’ Het is ontwerpers eigen Uitgangspunten In haar standaard verwoordt de gemeente Amsterdam haar Puccinimethode als volgt: ‘De Puccinimethode staat voor een kwalitatief goede, fysieke inrichting van alle Amsterdamse openbare ruimte; alle straten, pleinen, parken en plantsoenen. Een kwalitatief goede, fysieke inrichting is gebruiksvriendelijk, veilig, beheerbaar, duurzaam, betaalbaar, samenhangend én mooi. Bij de inrichting van de openbare ruimte brengt de Puccinimethode al deze belangen en eisen samen in breed gedragen voorstellen en afspraken.’ De vijf uitgangspunten zijn telkens dat: 01 de gebruiker is gebaat bij eenvoud en vanzelfsprekendheid 02 ambacht op elk schaalniveau 03 duurzaamheid 04 best practices én innovatie 05 samenwerken om een plek waar zij werken als extra bijzonder te beschouwen en te neigen af te wijken, zegt hij. ‘Dat heb ik zelf ook en begrijp dat als geen ander. Als je het gesprek aangaat begrijpen mensen vaak waarom we de methode gebruiken en waarom we iets niet toestaan.’ Inkoop Schaalvergroting heeft ervoor Een uitdaging binnen de standaard zijn gebieden waar veel belangen, diverse mobiliteitsvormen, ruimte voor parkeren en groen met elkaar strijden. Miskotte: ‘Je moet je voorstellen dat buurtstraatjes locaties zijn waar je redelijk uitkomt zolang je netjes de standaard volgt. En op een buurtpleintje heb je vrij veel vrijheid in bijvoorbeeld het neerzetten van een fontein of het plaatsen van bomen. In de straten waar 50 kilometer per uur mag worden gereden, komt echter veel samen. Alleen al een tram is zeer bepalend voor de profielen. Het duurt een tijd voor je als ontwerper onder de knie hebt hoe je een dergelijke complexe opgave toch conform de standaard inricht. Je moet wel een ‘gediplomeerd arts’ zijn om dat tot een goed einde te brengen.’ Continu proces 100 procent Puccini zal het Amsterdamse straatbeeld nooit worden. Alleen al vanwege de vraag wat dé Puccinistijl over enkele decennia is – ook de standaard zelf is immers aan verandering onderhevig. Zo wordt momenteel de effecti38 STEDELIJK INTERIEUR Pagina 37
Pagina 39Scoor meer met een webwinkel in uw publicaties. Velen gingen u voor en publiceerden archief online.
Stedelijk Interieur 1 2020 Lees publicatie 419Home